We wonen nu ruim negen maanden in Zweden en het eerste zomerseizoen zit erop. We zien minder campers en caravans voorbij rijden, de ochtenden worden wat frisser en de scholen zijn weer begonnen. De afgelopen maanden zijn druk geweest, maar we voelen ons enorm bevoorrecht hier te mogen zijn en te kunnen doen wat we doen. Daarnaast lijken we ook nog eens een bodemloze put van fijne vrienden en familieleden te hebben die deze zomer hebben bijgedragen aan de geweldige vakantie van onze kinderen (zónder ouders) in Nederland of die dit jaar al de moeite hebben genomen om ons op te komen zoeken. Nu de rust is teruggekeerd is het tijd voor een nieuwe blog, met betrekking tot de veelgestelde vragen over onze emigratie naar Zweden.
Het emigreren en alles wat erbij komt kijken houdt onze omgeving bezig. Zo worden onze blogs over de emigratie verreweg het meest gelezen van al onze blogs, en dat vinden we leuk! We krijgen veel vragen over het ‘hoe’ en ‘waarom’ en soms zijn er mensen met vergelijkbare plannen die ons benaderen om van gedachten te wisselen. Intussen kunnen we een ware FAQ rubriek opzetten over onze emigratie, dus hier komt ie: Emigreren naar Zweden: Veelgestelde vragen.
FAQ:
- Algemene vragen over emigreren naar Zweden
- Taalvragen
- Vragen over de kinderen
- Werkgerelateerde vragen
- Vragen over wonen
- Vragen van/over vrienden en familie
Algemene vragen over emigreren naar Zweden:
We hebben gemerkt dat een aantal vragen opvallend vaak gesteld werd in de periode na de emigratie. Vragen die vooral vaak voortkwamen uit interesse en dienden als een gespreksstarter, om vervolgens meer verdiepende vragen te stellen over hoe het allemaal verloopt. Deze vragen staken er met kop en schouders bovenuit:
Zijn jullie al helemaal gesetteld?
Je kunt je in eerste instantie afvragen wanneer je ‘helemaal’ gesetteld bent. Is dat wanneer je de laatste verhuisdoos hebt uitgepakt? Wanneer alle kamers in je huis voorzien zijn van een fris likje verf en alles eruit ziet zoals jij het mooi vindt? Is dat wanneer alle formaliteiten rond zijn? Wanneer je to-do lijst leeg is en je in de avond met een glas wijn op de bank ploft? Of wanneer je al je buren goed kent en vloeiend de taal spreekt? In geen enkele van deze gevallen zou ik ons gezin kunnen beschrijven als ‘helemaal gesetteld’. We hebben een B&B gekocht in een oude school uit 1905, er zijn voor de komende decennia voldoende grote en kleine, administratieve en praktische klussen om dit nóg meer de woon- en werkplek van onze dromen te maken dan dat het op dit moment al is. We zijn wél helemaal gesetteld als het gaat om het vinden van een ritme. Nu na de gezellige zomerdrukte is dat extra fijn. De kinderen hebben hun plekje op de voorschool en op school en wij kunnen langzaamaan de focus gaan leggen op het winterseizoen en volgend jaar. En dat alles vanuit ons eigen fijne thuis.
Waarom zijn jullie geëmigreerd naar Zweden?
We beginnen altijd bij deze vraag met het uitleggen dat het leven in Nederland in basis hartstikke prima was. We hadden allebei een leuke en uitdagende baan met bijbehorend salaris dat elke maand netjes op onze rekeningen gestort werd. We woonden in een fijne buurt met lieve buren en in onze omgeving veel vrienden en familie om leuke dingen mee te doen. Er was niet een gevoel dat we weg móésten. Wel hadden we het gevoel dat we ons leven redelijk vol hadden gepropt, overigens met allemaal dingen die we heel leuk vinden om te doen. Maar het was wel vol. Gedurende de vakanties die we doorbrachten in Zweden, merkten we dat het leven in Zweden (grote steden uitgezonderd) in een iets lager tempo geleefd wordt. Omdat we dit interessant vonden, zijn we ons meer gaan verdiepen in Zweden en daarna het pad van emigratie ingeslagen. De periode dat de wereld gebukt ging onder de COVID-19 pandemie was voor ons een goede test of we gedurende langere tijd konden zonder met vrienden of familie af te spreken. We zijn niet geëmigreerd omdat het moest, we zijn geëmigreerd omdat het kón.
Kunnen jullie een beetje wennen aan het Zweedse weer?
Over het weer hebben we in basis niets te klagen. Het grootste gedeelte van de tijd is het zonnig, met temperaturen variërend van ongeveer -25 tot +25 graden Celsius door het jaar heen. Kun je je gewoon op kleden toch? Zou je denken. Maar hoe kleed je je kinderen wanneer je ze aflevert bij de (voor)school. Daar krijgen we nogal eens opbouwende feedback op vanuit school. Met -25 graden is het ons helemaal duidelijk. Warme kleren, warm pak, warme handschoenen, warme sjaal, warme muts, warme snowboots. Is niet ingewikkeld. Met +25 graden lukt het ook wel: korte broek, T-shirt en slippers/schoenen. Maar alles daartussen is wennen voor ons. In Zweden lopen kinderen nagenoeg altijd met een muts op. In de winter een dikke, in de zomer een dunne. Wij kregen het echter voor elkaar om onze kinderen met sneeuw en rond het vriespunt in een skipak naar school te sturen (nee, dat is echt te warm, ze hebben een regenbroek nodig) om ze een week later in een regenbroek naar school te sturen en ze na school aan te treffen met 2 joggingbroeken eronder (nee, die regenbroek was echt te koud zei de juf). Je bent bijna geneigd om elke variant aan dikte en waterdichtheid maar gewoon op school weg te hangen, voor het geval het nodig blijkt, want ik ben soms het spoor bijster. Maar goed, alles wat op school hangt, heb je niet thuis. Dus dan toch maar elke ochtend gokken, we worden er vanzelf een keer goed in.
Taalvragen
Het feit dat je een nieuwe taal moet leren wanneer je gaat emigreren is voor iedereen duidelijk. En dat blijkt maar weer. De meest voorkomende vragen gaan over de taalbeheersing. Leuk, want daar is nogal wat over te vertellen!
Spreken jullie al een beetje Zweeds?
Ja. Maar een beetje Zweeds sprak ik ook toen we hierheen verhuisden negen maanden geleden. Dat beetje leidde er echter al snel toe dat ik me realiseerde dat niet iedereen zo duidelijk en correct Zweeds spreekt als onze docent Marie. Met enige regelmaat stond ik in stilte te wachten tot mijn hersenen chocola gingen maken van wat er zojuist tegen me gezegd was om, wanneer dat eindelijk gelukt was, vervolgens een antwoord te formuleren en er tijdens het praten achter te komen dat mijn woordenschat tekort schoot voor de zin die ik wilde maken. Of de grammatica. Of de zinsvolgorde. Dat resulteerde er ondanks al mijn effort in dat de gesprekken dan toch voortgezet werden in het Engels. Wel nam ik me voor ook weer over te schakelen naar het Zweeds binnen datzelfde gesprek zodra het kon. Zo gezegd, zo gedaan. Wil je weten wat er toen gebeurde? De verwerkingssnelheid van de inkomende taal werd steeds een beetje hoger, de productiesnelheid van uitgaande taal werd steeds een beetje hoger. Het moment waarop ik me genoodzaakt voel over te stappen naar het Engels bevindt zich nu veel later en dieper in een gesprek of komt vaak helemaal niet meer voor in gesprekken. De ene dag gaat beter dan de andere, maar intussen spreek/lees/luister ik heel aardig Zweeds. Stel dezelfde vraag aan Axel en je krijgt een heel ander antwoord. Ja, hij spreekt een beetje Zweeds, hij luistert en leest wat beter Zweeds. Hij vergelijkt zijn hersenen vaak met een computer waarop het Engelse en Nederlandse pakket volledig is geïnstalleerd, maar waarop van het Zweedse pakket slechts nog de gratis trialversie in gebruik is. Zijn brein lijkt in de veronderstelling dat wanneer je niet álle woorden van een taal beheerst, je per definitie niet hoeft te beginnen aan een volwaardig gesprek. Toch probeert Axel dat. Soms voelt dat als een gevecht, maar steeds vaker komen gesprekken in het Zweeds tot een goed eind.
Lijkt de Zweedse taal op het Nederlands?
Ja en nee. In basis is de woordvolgorde in de meeste gevallen gelijk aan het Nederlands. Ook zijn er Zweedse woorden die lijken op Nederlandse. Maar er zijn ook woorden die op het Duits of Engels lijken. Het alfabet bestaat uit meer letters, want er zijn drie extra klinkers. En dan zijn er nog bepaalde sets van medeklinkers die zorgen voor klanken die ik tot een jaar geleden nog nooit had uitgesproken. Klanken die in de verste verte niet lijken op de Nederlandse uitspraak van die medeklinkers. Het gebruik van lidwoorden gaat heel anders dan we in Nederland gewend zijn, en toch zijn ook daar weer overeenkomsten. Er zijn uitzonderingen. Er zijn woorden die lijken op Nederlandse woorden maar dan toch iets heel anders betekenen. Er zijn een heleboel manieren om ‘ja’ te zeggen, die overigens niet allemaal ‘ja’ betekenen. Wordt het al een beetje duidelijk?
Vragen over de kinderen
Kunnen de kinderen aarden daar in Zweden?
Het korte antwoord is: ja, daar lijkt het wel op. Het wat langere antwoord volgt hier: kinderen zijn extreem flexibele wezentjes. De aangeboden realiteit wordt door kinderen al snel aangenomen als volkomen vanzelfsprekend. We hebben vorig jaar hun hele wereld op de kop gegooid en leven in de luxe dat we nauwlettend kunnen volgen hoe ze daarmee omgaan. Over het algemeen mogen we niet klagen over de gang van zaken. Is er dan nooit weerstand? Jawel hoor! Zodra Sam gedurende enige tijd zijn zin niet krijgt, klinkt het luid: ‘IK WIL NAAR OMA TOE!’. Deze jongeman weet dat dat niet kan en dat wij het vervelend vinden om dat als antwoord te moeten geven. We zijn er echter deze zomer tijdens het logeerpartijtje bij oma ook achter gekomen dat deze tactiek omgekeerd ook daar ingezet werd: ‘IK WIL NAAR MAMA TOE!’. Gelukkig. Bij Lucie zijn er met enige regelmaat tranen omdat ze haar vriendjes en haar oude klas zo mist. Ondertussen komt ze ook elke dag vrolijk uit school en vertelt ze over de nieuwe vrienden die ze maakt op school. De kinderen voelen zich hier thuis, rennen op hun blote voetjes door de enorme tuin, zwemmen in de rivier en zijn vastberaden te leren skiën en schaatsen in de winter. Lucie gaat naar zwemles. Sam vroeg of er een gymles is hier zoals in Nederland. Hij gaat dat volgende week uitproberen. Kortom, het lijkt erop dat de kinderen kunnen aarden, maar daar zijn ze nog niet (allemaal).
Hoe doen de kinderen het op school in Zweden?
Kinderen in Zweden gaan pas naar school na de zomervakantie in het kalenderjaar waarin ze zes jaar worden en gaan dan naar dezelfde school tot ze 15/16 jaar oud zijn. Voordat ze naar school gaan zijn ze van harte welkom op de voorschool. Die voorschool heeft niet als taak om de kinderen alvast allerlei cognitieve vaardigheden aan te leren, maar om te zorgen dat er op school straks sociale wezentjes worden afgeleverd die gewend zijn aan een zekere set van normen en waarden en in relatieve harmonie met elkaar kunnen samenwerken- en spelen. Doen ze het daar goed? Ik vermoed van wel. Van Sam horen we dat hij nóóit met andere kindjes speelt, alleen met de juf. Van die juf horen we dat Sam héél leuk speelt met de andere kindjes in zijn groep. Van Vesper horen we vooral wat voor lekkers ze gegeten heeft tijdens de warme lunch en dat een jongetje uit haar groep haar een ‘bajskorv’ (poepiedrol) noemde. Lucie heeft mazzel, die wordt eind van het jaar zes en mag dus nu al naar school. Wat had ze daar behoefte aan, nadat ze maandenlang haar Nederlandse klasje heeft gemist. Ze gaat met de schoolbus, daar heeft ze zelf voor gekozen. Ze hebben elke week een keer sport, elke week een ‘bosdag’ waarop ze naar het bos gaan en leren over paddenstoelen, spinnen, planten, etc. Ze speelt drie keer per dag buiten en komt thuis met knikkers die ze gekregen heeft van andere kinderen, die ‘ongeveer zo groot zijn als jij, mama!’. Of de school voor Lucie zo’n goede match zal zijn als haar school in Nederland, dat weten we nog niet. Wat we wel weten is dat ze zich er thuis voelt. Voor nu is dat genoeg.
Hebben de kinderen al nieuwe vriendjes gemaakt?
Vriendschap is een groot woord op die leeftijden, denk ik. In het gehucht waar we wonen zijn naast onze kinderen nog twee andere kinderen in dezelfde leeftijden als Sam en Vesper. Met beide kindjes spelen ze heel graag. Op hun (voor)school maken ze veel contact met anderen kinderen, maar ik kan nog niet zeggen dat er hele diepe vriendschappen gesloten zijn. Tot aan de basisschool wordt er sowieso niet echt bij elkaar thuis gespeeld, om het simpele feit dat de opzet van een voorschool is zoals die van de kinderopvang en iedereen zijn kind op verschillende tijden brengt en haalt. Dat maakt het plannen van speelafspraken nagenoeg onmogelijk. Zweden zijn redelijk op zichzelf en het sluiten van vriendschappen is dan ook ingewikkelder. Ik krijg niet de indruk dat Lucie al échte vrienden heeft hier zoals de vrienden die ze in Nederland heeft. Daar is meer tijd voor nodig. Tot die tijd lijkt ze het heel leuk te hebben met haar klasgenootjes en kindjes in de zwemles. Daarnaast lijken onze kinderen elkaar meer te vinden dan voorheen en leren ze elkaar steeds beter aanvoelen.
Werkgerelateerde vragen
Jullie hadden voorheen een heel andere baan, haal je nu wel voldoening uit wat je doet?
We halen nu zelfs méér voldoening uit ons werk. Ons werk bestaat nu uit het opmaken van bedden en het poetsen van w.c.’s. Gedeeltelijk. Want ons werk bestaat ook uit het ontmoeten van nieuwe mensen, koken, klussen, begeleiden van tours, schrijven van blogs, doen van administratie, uitwerken van nieuwe ideeën en het tot een succes maken van zoveel mogelijk vakanties. En nog zoveel meer. De enige druk die we ervaren is de druk die we onszelf opleggen. Elke prioriteit die we stellen, is onze eigen gestelde prioriteit. Elk behaalde doel het onze. Daar halen we voldoening uit en daarnaast houden we veel meer tijd en dus meer aandacht over voor het gezin. We werken nu meer dagen per week dan we in Nederland deden, maar élke ochtend zitten we samen aan het ontbijt voordat de dag echt begint. Elke dag zijn we thuis wanneer de kinderen klaar zijn met school. Waar we in ons ‘oude leven’ heel veel dingen apart van elkaar deden en moesten zoeken naar de tijd om dingen samen te doen, is dat hier andersom. We doen heel veel dingen samen en mógen daarnaast zoeken naar dingen die we apart van elkaar doen. Er komt nu langzaamaan ruimte voor hobby’s naast het werk. En mochten we ooit het idee hebben dat we op het gebied van werk niet voldoende worden uitgedaagd dan hebben we nog drie heel interessante kinderen met complexe maar uitermate fascinerende breintjes die ons tot in het einde der tijden zullen gaan voorzien van nieuwe challenges.
Wat zijn de plannen voor de toekomst?
We hebben vorig jaar een hostel gekocht in Zweden. Van dit hostel wilden we in het eerste jaar meer een B&B concept maken en dat is al gelukt. We willen het steeds meer gaan inrichten voor langere vakanties, naast de korte verblijven van mensen op doorreis. De omgeving heeft hier zo veel te bieden en toerisme is groeiend. We willen groepsreizen, workations en teambuildings gaan opstarten en hebben daarvoor een tweede website gelanceerd. Genoeg plannen voor de toekomst dus waar we heel hard aan werken. Geen van deze doelen is van de één op de andere dag gerealiseerd, maar elke dag komen we een stapje dichterbij. Ondertussen zorgen we er vooral voor dat we niet vergeten te genieten van de stap die we hebben gemaakt en van het zien opgroeien van de kinderen, de wandelingen en trainingen met de honden en vooral de relatieve rust die we ervaren.
Vragen over wonen in Zweden
Je woont nu waar je werkt, is dat niet lastig?
Soms zorgt het wonen op je werk voor uitdagingen. Zoals: hoe zorg je dat je kinderen blij en bezig zijn wanneer je op zondagochtend voor 25 gasten ontbijt staat te maken? Of: hoe ga je om met gasten die buiten sluitingstijd van het café toch nog een kop koffie of een wafel willen? We beginnen daar onze weg in te vinden. De kinderen worden elke keer een beetje ouder en onze ervaring binnen het bedrijf groeit. Op een rustige dag in het café hebben we veel tijd om tussendoor een spelletje te doen met de kinderen of boekjes voor te lezen. We zijn dan ook sneller geneigd om op zulke dagen in het uur na sluitingstijd nog gasten te verwelkomen die iets willen eten of drinken. De weekenden waarin het razend druk is en de kinderen gezellig zelf spelen (of elkaar voortdurend in de haren vliegen!) zijn de dagen waarop we om klokslag vier uur de deur op slot draaien en aan eventuele latere gasten uitleggen dat het nu tijd is voor ons gezin. Nee zeggen is niet zo moeilijk als het lijkt wanneer de prioriteiten duidelijk zijn.
Zitten er wilde dieren in het gebied waar jullie wonen in Zweden?
Ja, er is heel veel wild in dit gebied. Dat wil niet zeggen dat je tijdens elke hike een beer of wolf tegen het lijf loopt. Wel kun je vrij gemakkelijk sporen van dieren vinden als je goed oplet (dat goed opletten doet Axel een stuk beter dan ik overigens). Soms steekt er een eland over wanneer we met de auto onderweg zijn of zien we er eentje in de verte in het landschap staan. Maar de meeste mensen die tot nu toe op bezoek zijn geweest hebben niet meer gezien dan een hoop berenpoep of een plukje haar van een lynx. Waarschijnlijk heeft dat ook te maken met de hoeveelheid geluid die we produceren wanneer we met bevriende gezinnen bessen gaan plukken in het bos. Mocht je toch heel graag willen weten welke dieren er allemaal in dit gebied leven dan kun je altijd een bezoek brengen aan Vildriket, een prachtig dierenpark waar je al dat wild kunt bezichtigen. Alleen dan niet in het wild.
Vragen van/over vrienden en familie
Kunnen we als vrienden/familie langskomen bij jullie in Zweden?
Jazeker! Dat lijkt ons heel gezellig. We hebben ook vrijwel altijd wel een kamer beschikbaar voor vrienden en familie die ons willen komen opzoeken. Tijdens schoolvakanties (zowel de Zweedse als de Nederlandse) is het hier wel druk en dan is het handig als we tijdig weten dat je langs wilt komen. Dan houden we daar rekening mee. Omdat het verhuren van kamers ons werk en inkomen is, hebben we voorafgaand aan ons vertrek besloten dat (behalve opa en oma) alle vrienden en familie die op vakantie komt iets betaalt voor de kamer. Uiteraard met leuke kortingen en natuurlijk kunnen jullie altijd gezellig met ons mee eten. We genieten enorm van de tijd die we hebben met de mensen die ons op komen zoeken vanuit Nederland. Ondanks het feit dat we gewoon aan het werk zijn, kom je ook toe aan gesprekken en activiteiten die veel intenser lijken dan toen we nog in Nederland woonden. Hou er wel rekening mee dat het een flinke trip is om hier te komen en er verschillende manieren zijn om dat aan te pakken. Heb je daar advies of tips bij nodig? Stuur ons een berichtje en we helpen je!
Willen jullie al terug naar Nederland?
Nee. We willen er wel op vakantie, want we hebben heel veel zin om weer tijd door te brengen met familie, vrienden en bekenden daar. We hebben ons voorgenomen om in het eerste jaar hier geen vakantie te nemen. Vanaf volgend jaar gaan we dat wel doen in een van de laagseizoenen en dan zal Nederland toch nummer één vakantiebestemming zijn. Maar nee, we hebben geen plannen of redenen om terug te verhuizen.
Zijn er dingen die je mist aan Nederland?
Ja. Ik denk dat geen enkele emigratie zonder enige vorm van gemis gaat. In mijn vorige blog heb ik omschreven hoe dat voor ons is na een poosje in Zweden. De dingen die je al dan niet mist kunnen natuurlijk veranderen in de loop der tijd, dus dat is vast niet de laatste blog over dit onderwerp.
Zo kunnen ook de veelgestelde vragen veranderen na een poosje. Zijn er vragen die jij graag wilt stellen over onze emigratie, ons werk, de kinderen of Zweden in het algemeen? Stuur ons een mail en wie weet zie je jouw vraag beantwoord in de volgende blog.
Weer heerlijk om te lezen en hele mooie foto’s van de kids.